overschrijding
Uiterlijk
- over·schrij·ding
- Naamwoord van handeling van overschrijden met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | overschrijding | overschrijdingen |
verkleinwoord | - | - |
de overschrijding v
- het overschrijden
- begrotingsoverschrijding, budgetoverschrijding, grensoverschrijding, kostenoverschrijding, miljoenenoverschrijding, snelheidsoverschrijding, termijnoverschrijding, tijdoverschrijding, tijdsoverschrijding, uitgavenoverschrijding, vangstoverschrijding
- Het woord overschrijding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.